Het is half acht ‘s morgens. Ik sta een sok te drogen met de haardroger, die sok zou ik zeker droog moeten krijgen vooraleer we vertrekken. Ik voel de druk. Het zijn de enige sokken die passen onder het rokje van mijn dochter. Anders heeft ze geen en-ke-le sokken die ook maar een beetje passen bij haar kledij, je kent het wel. Kinderen en hun kleren, vooral tijdens weekdagen EN vooral als je zeker op tijd moet zijn.
Daarnet kwam ze roepend en met haar armen zwaaiend uit de badkamer gelopen; ‘eeeeeeeeeeikes, VIES VIES VIES, veeg het aaaaaaaf! ‘ Brul, brul, … enz. … Licht zuchtend, met mijn ogen draaiend, net wakker dus … vroeg ik haar wat er aan de hand was. Er ligt daar een VIES beest! Als ik op de badkamervloer kijk dan zie ik onze slak JAK liggen, kronkelend in zijn slijmerige massa. Die is nu waarschijnlijk dood, ocharme. Hoorde ik me luidop zeggen. Ergens, langs een piepklein gaatje komen ‘s nachts altijd een slak of slakken naar binnen. Ik zie het aan het lijntje dat ze achterlaten op de vloer en meestal tegen ‘s morgens zijn ze weg. Soms als wij er te vroeg waren, of zij te laat terug weg dan zagen we ze nog. Die slak kreeg dus een naam deze ochtend, JAK. Jak, de slak. Maar ja, ze was dood. Ze lag daar opgekruld in een bolletje. Geplet door de voet van mijn dochter.
Ondertussen was er een kous spoorloos, een echt mysterie. Eén kous had ze nochtans al aan en de andere voet die was bloot. Ik had ze zeker samen klaargelegd, er waren er twee. De sok is weg, verdwenen. Ze komt wel boven water denk ik dan en ik zorg dat iedereen kan eten. En inderdaad, even later zie ik de sok. Helemaal doorweekt in het drinkbakje van de poes. Hoogstwaarschijnlijk had ze die nog in haar handen toen ze de koude slak onder haar voeten voelde, wegrende, met haar armen zwaaide en de sok door de lucht, pats in de drinkbak!
Die sok kun je niet meer aan hoor, zeg ik nog. Zoek je een ander paar boven. Na een hopeloze zoektocht boven achter andere sokken besluit mijn dochter dat ze ECHT wel die sok nodig heeft. Ik kan me voorstellen dat anders de wereld waarschijnlijk zou vergaan en we dit allemaal zeker niet zouden overleven dus ik zoek een oplossing. Hier sta ik dan, de sok drogend met de haardroger…
Er was eens een slak, die heette Jak. Na het grote verschot van die reuzegrote voet op zijn hoofd kwam hij gelukkig terug bij en ging hij samen met de andere slak terug naar huis. Van het grote ongeluk is ondertussen niets meer te zien en de slakken leefden nog lang en gelukkig!
Opgelucht dat ook deze ochtendspits een goede afloop kende!