Geplaatst op Geef een reactie

Ja maar …

Ja maar …

Ergens werd me op een bepaald moment geleerd dat het woord ‘maar’ een groot stuk kracht wegneemt van de zin die je ervoor plaatste. Denk maar aan;

“sorry, maar …”

“ik begrijp je, maar …”

“het is waar, maar …”

Het is dubbel om te horen dat iemand je begrijpt en er toch een ‘maar’ achter plaatst. Dat geeft een beetje een leeg gevoel, met hier en daar een vraagtekentje die langzaam omhoog beweegt. Het voelt niet zo lekker.
Begrijpen is aanvaarden wat is en wat er speelt bij de andere persoon. Zonder meer.
Hem of haar aanreiken om er te zijn als er iets is en te tonen dat je liefde niet minder wordt omdat er een andere mening, angst of overtuiging in die ziel huist.  

Hoe vaak spreekt het verstand meer dan het hart?
Op zielsniveau spreekt je hart, op werelds niveau is het vaak het verstand die de overhand neemt. Wat we zouden moeten, zijn enkel overtuigingen gemaakt in ons eigen hoofd.

We moeten eigenlijk niets, buiten de gevolgen dragen van onze keuzes. (lees minstens 2x opnieuw J )

Hoe vaak blokker je jezelf met een ‘maar’?

Hoe vaak spreekt je vooroordeel?

Denk maar aan die man, gekleurd in de kleur van een herfstig blad die je aanspreekt op een koude dinsdagochtend. Je verstand zegt je op te letten, bijna wimpel je hem af want ja maar wie weet is hij wel een dief. Je hart zegt, luister even. Je luistert naar zijn woorden, die steeds mooier klinken. Hij geeft je een klein steentje, tovert een lach op je gezicht en maakt je hart wat warmer onder die dikke winterjas.

De militair op mijn massagetafel. Overweldigd door zijn kracht bij het binnenkomen, verzacht door zijn hart waar ik een uurtje in mocht wonen.

De gekke buurvrouw, of zo wordt toch gezegd. Tot je luistert, en hoort dat ze eigenlijk vooral ziek en moe is. Weemoedig naar de tijd dat ze nog kon werken.

De mensen die naast je het huis afbreken met luide muziek, kleurrijke kleren en glinsterende kettingen. Maar … kan ik ze wel vertrouwen? De achterdocht opzij, en elke ochtend op een rij … jawel, krijg ik nu een stralende glimlach & goedemorgen als ik de laan uitrij.

Je kind die evenveel mag vertellen over haar dag aan de tafel als de volwassen mensen, verwonderd luister je naar haar avonturen. Niet, het is maar een kind … neen haar hart is evenwaardig en zingt hetzelfde geluid

De donkere man die eten maakt in de keuken van mijn vriendin, verwonderd. Me niet goed een houding kunnen geven als ik in het schemerdonker de grens niet zie tussen waar zijn huid begint of eindigt. Opgewarmd door het samen eten aan tafel, uit dezelfde schaal. Een andere kleur maar hetzelfde warme verhaal. Het blijft me bij, daar zij aan zij en een knuffel vooraleer ik me terug induffel.

De straatkittens die niet zo-maar vuile katten zijn als ze liggen te sterven langs de weg. Mooi is het hartenmens die door de vuile en vieze vacht hun onvoorwaardelijke liefde ziet.

Je hart is een mooie plek, zonder meer. Zonder maar.

Liefs,

Lieselot